De Cantharel: echt onderdeel van het team

Als we het dan toch over vooroordelen hebben, dan weten ze daar bij hotel De Cantharel over mee te praten. Dat ze nog steeds appelmoes in een ijzeren bakje met een kers serveren bijvoorbeeld. Hier wordt echter alles vers gemaakt en met stijl geserveerd. En dat wordt mede mogelijk gemaakt dankzij medewerkers met een beperking.

 

Hotel De Cantharel is onderdeel van de Van der Valk keten. Geen merk dat bekend staat om zijn kleinschaligheid. En inderdaad verwerken ze hier heel veel couverts per dag. Het is druk vanaf het ontbijt tot laat in de avond. En toch merk je daar als gast op het mooie loungeterras helemaal niets van. De Cantharel pakt de zaken anders aan. Eigenaar Bob Zeeuw van der Laan wil graag maatschappelijk verantwoord ondernemen en met zijn hotel-restaurant onderdeel uitmaken van de lokale gemeenschap.

 

Speciaal daarvoor stelde hij Jeroen van der Veen aan. We leren hem kennen als een enthousiaste en bevlogen manager die, ondanks zijn jeugd, zijn sporen heeft verdiend in de horeca. Een medewerker vertelt: “Jeroen kwam letterlijk om hervormingen door te voeren. Daar schrokken we best van. Al die wilde plannen betekenden vast meer werk en een hoop onrust. Er werd in eerste instantie met ongeloof gereageerd toen hij vertelde dat ook mensen met een beperking bij ons zouden komen werken!”

 

Hervormingen

Jeroen: “We willen als Cantharel van betekenis zijn voor de maatschappij. We hebben geïnvesteerd in werken met streekproducten en zoeken de samenwerking met lokale ondernemers. Daar hoort ook een samenwerking met Senszo bij: een kleinschalige organisatie die dagbesteding biedt aan mensen met een beperking. Bij Senszo gaan ze uit van de talenten van hun cliënten. Ze zochten activiteiten die niet vallen in de categorie 'bezig houden', maar behoren tot 'zinvol werk'. Hier is zinvol werk genoeg, dus een samenwerking was snel gevonden.

 

We zijn begonnen in de keuken: dat is de meest stoere afdeling van het bedrijf. In een keuken waar zoveel couverts worden bereid, heerste een houding van  'jongens, kom op, tempo!'. Eerst waren ze sceptisch en klonken er geluiden als 'eerst zien dan geloven'. Ik heb toen een goed gesprek met hen gehad en gevraagd niet vanuit belemmeringen maar vanuit kansen te denken. De mensen van Senszo deden zelf de rest. Ze gaan ervoor, zijn betrokken, positief en blij met alles wat ze mogen doen. Ze leren graag en zijn bovenal trots op hun werk. Inmiddels heeft het personeel het idee geadopteerd; ze zijn er niet meer bewust mee bezig. Het zijn gewoon onze collega’s, in onze bedrijfskleding met hun eigen naam. Echt onderdeel van het team.

 

Na een voorzichtig begin zijn we al snel gaan uitbreiden: je merkt dat je op deze manier van waarde kunt zijn. Zeker als je nog iets meer begeleiding kunt inzetten. Vanuit Senszo is op dinsdag begeleiding in de keuken. Maar inmiddels zijn er vier dagen per week collega’s met een beperking. We hebben nu één van onze vaste medewerkers opgeleid tot begeleider. Jenny was na 30 dienstjaren toe aan een nieuwe stap; zij zorgt nu dat de inzet van medewerkers met een beperking binnen de organisatie zijn waarde blijft hebben.”

 

Appelmoes en andere taken

Als we de keuken inkomen, is Josefine net bezig met het vullen en sealen van enorme zakken met de befaamde appelmoes. “Zelf gemaakt!”, glundert ze. “Nou ja, niet ik, maar de koks. Ik doe het in de zak en plak er stickers op.” Verderop staat Remco sla te wassen en Simone en Janine smeren boterhammen voor de omeletten en uitsmijters. Ze hebben duidelijk plezier in wat ze doen.

 

“Ze zijn nooit ziek, want het is veel te leuk om te gaan.”

 

Begeleidster Mariëlle vertelt dat ze bij Senszo merken dat het zelfrespect van de medewerkers groeit. “Ze kunnen niet wachten tot we weer hier naartoe gaan. Het is toch ook cool als je hier met ouders of vrienden komt eten en begroet wordt door je collega’s. Dat je trots kunt vertellen dat je hier werkt. Kijk wat een uitstraling dat heeft!”

 

Sociaal gezien is het dus een succes. Maar hoe zit dat bedrijfseconomisch?

Jeroen: “De productiviteit van mensen met een beperking is niet hetzelfde als die van de andere medewerkers. Maar dat biedt ook kansen, aan de inkoopkant bijvoorbeeld. Gezien de hoeveelheden die we hier verwerken, moeten we big bags met eiwit en eigeel inkopen. We willen graag werken met vrije uitloop eieren, maar dat is onbetaalbaar. Nu splitsen onze speciale medewerkers emmers vol vrije uitloopeieren. Het mooie is: het gaat ze niet vervelen! Zo is Simone boos als er per ongeluk dure geschilde komkommers zijn ingekocht: dat schillen is verdorie haar lievelingswerk! Nog een voorbeeld: bij grote concerns ben je vaak aangewezen op kuipjes boter: niet lekker, wel praktisch. Bij ons snijdt Remco mooie plakjes roomboter van een lokale boerderij en verpakt die in vetvrij papier. Deze manier van werken stelt ons in staat lokaal verse producten in te kopen. En dat komt de smaak, sfeer en beleving van de gast ten goede. Daar staat ook waarde tegenover! 

 

Heb je advies voor andere ondernemers?

Mensen hebben de neiging te bedenken wat er allemaal niet kan. Bekijk het eens anders. Wij geven als groot commercieel bedrijf al twee jaar het voorbeeld dat mensen met downsyndroom daadwerkelijk van toegevoegde waarde zijn in een drukke werkomgeving. Een collega uit de keuken voegt daaraan toe: “Het brengt een stukje gezelligheid. Het groepje van Senszo lacht altijd. Als ze hier zijn, is het een feestje. Er moet natuurlijk wel gewerkt worden, maar ze zijn echt wel ons zonnetje in huis” Jeroen knikt: “Dat is eigenlijk nog wel onze belangrijkste drijfveer:  We willen mensen gelukkig maken. Alle mensen.”